u47.org

Skip to menu

Scapa Flow

Andere interessante verhalen over Scapa

Samengesteld door Dougie Martindale

De afwezigheid van de vloot van Scapa Flow in de nacht van 13 op 14 oktober 1939 kwam door een uittocht naar de noordzee veroorzaakt door het slagschip Gneisenau, de kruizer Köln en een aantal fregatten. De actie van de Gneisenau was geplanned door admiraal Saalwächter, die niet vanwege veiligheidsmaatregelen op de hoogte was van de missie van de U-47. Was zijn actie er niet geweest, had de U-47 uit veel meer doelen kunnen kiezen.

De bedoeling was om de vloot weg te lokken uit Scapa Flow, samen met de Humber Force uit Rosyth aan de oostkust van Schotland. Die zouden dan binnen bereik moeten komen van de bommenwerpers van de Luftwaffe en van vier onderzeeboten. Tevens zou de actie de aandacht afleiden van de bezigheden van de Graf Spee en de Deutschland die samen in atlantische oceaan bezig waren. Zoals geplanned, vertrokken beide vloten van hun bases op zoek naar de groep met de Gneisenau. Het oude slagschip Royal Oak zwoegde er achteraan, te traag om de vloot bij te houden. Toen de bommenwerpers en de onderzeeboten geen succes hadden, werden de Gneisenau en de anderen weer teruggeroepen.

Toen admiraal Forbes hoorde van het terugtrekken, besloot hij iets wat Prien van een heleboel potentiele doelen beroofde en slechts de oude Royal Oak overliet. De Humber Force moest terug keren naar Rosyth, maar de vloot moest zich verspreiden. Van de vloot moesten de Hood, Nelson en Rodney naar Loch Ewe aan de westkust van Schotland varen. De Royal Oak, Repulse en het vliegdekschip Furious, moesten terug naar Scapa Flow. Een duits verkenningsvliegtuig zag de aanwezigheid van de Royal Oak, Repulse en Furious, tijdens een verkenningsvlucht om 1500 uur op 12 oktober. Tijdens de nadering van de Orkneys, verbleef de U-47 een boel tijd op de bodem van de zee, daardoor het rapport wat gebaseerd was op de fotos die die dag gemaakt waren. De Furious vertrok uit Scapa Flow en was niet aanwezig tijdens de aanval van de U-47. Op bevel van admiraal Forbes, moest de Repulse Scapa Flow verlaten en naar het dok in Rosyth gaan. Dit was om 1734 uur op 12 oktober. De Pegasus ging voor anker op de plaats die de Repulse had verlaten. R.F. Nichols RN verklaarde dat de Pegasus voor anker lag op 14oo yards (0.8 mijl) op 340 graden ten opzichte van de Royal Oak.

De mannen aan boord van de U-47 zagen twee schepen in de noord-oostelijke hoek van Scapa Flow - de Royal Oak en het watervliegtuig vliegdekschip Pegasus ten noorden daarvan. Alle officieren geloofden dat het noordelijke schip - de Pegasus - een slagschip was. Deze fout kan veroorzaakt zijn door het slechte zicht en de spanning waar ze onder waren. Matrose Obergefreiter Gerd Hänsel, op de commandotoren achter Prien, hoorde zijn commandant zeggen dat omdat de Renown elders op missie was, het noordelijke schip de Repulse moest zijn. Prein was ook fout in zijn veronderstelling dat zijn eerste exploderende torpedo, de boeg van het noordelijke schip had geraakt. De torpedo raakt in werkelijkheid de boeg van de Royal Oak.

Aangezien de verkenningsfotos, genomen om 1500 uur op 12 oktober, de Repulse ten noorden van de Royal Oak lieten zien, namen de duitsers begrijpelijk aan dat de U-47 de Repulse had getorpedeerd. Der Angriff, een door Goebbels gefinancierde krant, meldde dan ook op 15 oktober dat zowel de Royal Oak als de Repulse getorpedeerd waren in Scapa Flow. Dat was nieuws voor de admiraliteit, die wisten dat de Repulse niet eens aanwezig was geweest in Scapa Flow op de genoemde nacht, laat staan geraakt.

Prien zondt een radiobericht naar Dönitz waarin hij meldde een schip uit de Royal Sovereign klasse tot zinken had gebracht. Hij en zijn bemanning wisten niet om welk schip het precies ging. De duitsers hoorden later pas dat het om de Royal Oak ging uit berichten van de BBC die het verlies van het schip meldde om 1100 uur op 14 oktober.

In The Phantom Of Scapa Flow door Alexandre Korganoff (Ian Allan Ltd., 1974) suggereert de auteur dat het schip wat de bemanning van de U-47 als Repulse zagen in werkelijkheid de Iron Duke was. Deze na-oorlogse theorie werd serieus genomen, met name door de duitsers die niet wilden toegeven dat Prien de pijnlijke fout had gemaakt om het kleine watervliegtuig schip Pegasus te verwarren met de veel grotere slagkruizer Repulse.

Een na-oorlogs verhaal gepubliceerd op kerstavond 1947 in het berlijnse nieuwsblad Der Kurier stelde dat niet Prien, maar een man genaamd Alfred Wehring de held van Scapa Flow was. Het verhala gaat as volgt: in 1923 komt Wehring bij de geheime dienst van de marine. Als dekmantel wordt hij naar zwitserland gestuurd om horlogemaker te worden. In 1927, met zwitserse papieren ten name van Alfred Ortel, vestigd hij zich op de Orkney eilanden, waar hij een horloge- en juwelierswinkeltje opent in Kirkwall. Als hij in 1939 ontdekt dat er een gat in de verdediging van Scapa zit, stuurt hij die informatie naar de marine attache in Den Haag, kapitein Baron von Bulow. Prien pikt Ortel op met de onderzeeboot B-06 (?), waarop hij en niet Spahr de onderzeeboot Scapa Flow instuurt. Vervolgens keert hij met de onderzeeboot terug naar duitsland. Hoewel een interessant verhaal is het complete nonsens die thuishoort in de archieven van Hollywood.

Black Saturday door Alexander McKee (Holt, Rinehart and Winston, 1959) dat was gepubliceerd terwijl de officiële censuur details van de ramp geheim hield, suggereerde dat de Royal Oak door sabotage tot zinken was gebracht en dat de U-47 nooit in Scapa Flow was geweest. Dit kwam naar voren omdat overlevenden van de Royal Oak het niet eens konden worden over het feit dat een onderzeeboot hun, vermeend ondoordringbare basis binnen zou kunnen dringen. Echter het feit dat duikers vast hebben gesteld dat de romp naar binnen was gebogen, sloot sabotage door een interne explosie uit.

Bij voorkeur werden electrisch aangedreven G7e torpedos gebruikt in plaats van de door lucht aangedreven G7a torpedos. De G7e had een standaard geleidesysteem en was uitgerust met een Pi 1 ontsteking. Deze ontsteking had een nieuwe, nog niet getestte magnetische ontsteker. Door problemen met de magnetische ontsteking was een schakelaar gemonteerd die toeliet dat de torpedos ook afgingen bij het raken van het doel (AZ instelling - afkorting voor Abstandzundung). Deze contact instelling werd bij de aanval in Scapa Flow gebruikt.

De door de admiraliteit geplubiceerde kaart toont met No. 35 de plaats van het wrak van de Royal Oak ligt met zijn boeg enigsinds oost van noord-oost.

De briezende stier werd op de terugweg naar duitsland op de commdotoren geschilderd. Daardoor was hij niet aanwezig gedurende de aanval, zoals allom word aangenomen.

Als direct resultaat van het binnendringen van de U-47 in Scapa Flow, werd de Royal Navy gedwongen andere ankerplaatsen te zoeken. Deze werden door de ondernemende duitsers al snel van mijnen voorzien. Op 21 November, liep de nieuwe kruizer HMS Belfast in de Firth of Forth op een magnetische mijn die haar kiel brak. Later, op 4 december 1939 werd het slagschip HMS Nelson door een mijn beschadigd in Loch Ewe. Nog vier andere schepen werden tot zinken gebracht met mijnen, allen als een direct gevolg van de acties van de U-47 in Scapa Flow.

Er zijn voldoende mythes dat Prien niet op zee stierf. Fantasten, gekken en zelfs een minister hebben gelaimd Prien levend en wel gezien te hebben na de oorlog. Er was zelfs een zot vehaal dat Prien wegkwijnde in een concentratiekamp vanwege muiterij. Een ander hield vol dat Prien in een strafbatallion aan het russische front zat. Sommige mensen hebben zeer levendige fantasieën.

« vorige | volgende »

In association with amazon.com

Main Menu